WELZIJNSWERK, een dagje Noorderligt.
Geplaatst: 9 februari 2011 door Frank van Iersel
Tijdens de veertien jaar in Noorderligt heb ik eenmaal echt baat gehad van mijn sociale academie jaren. Niet dat daar niet te leren viel, wel degelijk. Je komt jezelf na de middelbare school wel tegen wanneer je met z'n allen het eerste jaar de docenten eruit schopt om vervolgens een heus nieuw leerprogramma uit de grond te stampen. Wat uiteindelijk zo een fiasco was dat de overgang naar het tweede jaar werd bepaald op basis van aanwezigheid.
Enige skills werden niet onderwezen of het moet de kunst van argumenteren zijn, maar dat durfde ik niet ''en plein public''. In het tweede jaar richtte ik me op de echte wereld (snuffelstage noemen ze dat nu) in een Utrechts buurthuis waar de bejaarden beneden een kaartje wilden leggen en op de koffie stonden te wachten terwijl mijn toekomstige collega's boven heftig de revolutie aan elkaar propageerden. Ik ruilde die ivoren toren toen in voor een heus jongerencentrum in Driebergen opgericht door vriendelijke en slimme Vwo-scholieren maar wat terstond op de avond van de opening door de werkende jongeren uit het dorp in elkaar werd geramd. Werk aan de winkel dus. De gemeente zette een naar het bleek uiterst ruige en knappe professionele welzijnswerkster in die op basis van coke en haar charme al snel die gasten in toom kreeg en met hen (en ik als stagiaire) een echt jongerencentrum in de steigers kreeg.
Een nieuwe stroming op de academie ontstond: randgroepjongerenwerk met toegewijde jongens en meisjes, veelal in bezit van motor en leren jack , puntlaarzen, rokjes en hakken. Hoe anders dan de ultra feministen die ons de toegang tot de academie wilden weigeren vanwege seksistisch gedrag uitgedragen door de kleding of de introverte inrichtingswerkers te herkennen aan een kussentje onder de arm. Zij waren niet in de schoolbankjes te krijgen en zetten zich voor hun educatie waar dan ook in een kring op de grond. Randgroepjongeren waren het ook die mij tijdens mijn derde jaar stage in Den Haag lieten weten dat ik beter een mooi wijf en een retour naar België (!) verdiende dan hen bij te staan bij wat zij niet als een probleem zagen. Eigenlijk waren ze geweldig, waren allemaal glazenwasser (knipoog) hadden de meest aanstekelijke inbrekersverhalen (joh, ik dacht dat Jaak gympen aanhad toen ik die dozen onder de deur doorgaf, bleken het ineens van die zwarte dienststappers te zijn !) en zelfs een eigen koffiehuis met de naam ''Huis van Bewaring''.
Enfin, ik heb die school afgemaakt met een scriptie over ivoren torens en de rol van een sociale academie. Matig cijfer, volgens mij vonden ze het maar onzin allemaal en ik kreeg nog een hele uitleg op de directeurskamer die uitzag op het sportveld waar bij het doel een kringetje studenten was te ontwaren.
Goed Noorderligt dus.
Mijn werk bestond naast stafzaken, publiciteit, incidenteel programmeren (aan de Monsters of Psychobilly festivals heb ik de beste herinneringen) uit stagemanagerdiensten. De slagroom op de cake!
Ik denk dat ik samen met co-stagemanagers Piet, Erik en later ook John en Herbert en techniekers als Charles en Gert Jan een hele kroniek ''84-98'' vol zou kunnen lullen met de meest onwaarschijnlijke en toch weer te verwachte verhalen en anekdotes.
Je was de gastheer, de controller, de pispaal, het baken en steun en toeverlaat van iedereen die zich op, onder of in de buurt van het podium waagde. In die tijd werd Noorderligt door agency's, labels, managers en bands in de rock en metalsector gezien als een x-rated venue, kortom daar moest je zijn.
Men stelde packages voor van twee of drie bands, uiteraard met een almachtige headliner, een aankomend en al goedverkopende jonge honden band en obscure underground upstarts die bij wijze van spreken er geld voor over hadden om mee te mogen.
Dit alles werd verpakt in een aantal tourbussen en matzwarte Trans-Am trucks met daarin meestal idioot veel PA stacksboxen, dubbelbase drumstellen, lichtrekken, volgspots, Marchall amps, cases met spandexkleding, kokscases met branders en gasflessen, merchandise kisten, gitaren, bassen, tassen en in Motorhead's Lemmy geval ook een heuse eigen gokkast.
De trucks en nightliners, geluid- en lichtinstallaties werden meestal voor de Europese tournees door de agency's bij speciale bedrijven gehuurd in Engeland. Zo werden de chauffeurs bekenden zoals je bakker of slager om de hoek.
Britser kon haast niet, vettige mannen, armen vol tattoo's, mompelende conversatie "hi mate". Gerustellende gasten en uiterst vriendelijk. Overdag kropen ze na het lossen in hun bunks om halverwege de concerten in de kleedkamers op te duiken voor wat eten, biertje of koffie. Na het inladen vertrokken ze weer met hun hele circus honderden kilometers verderop. Altijd bij zo een vertrek voelde ik mij weemoedig, iets achter laten en achter de horizon aan, dat wilde ik ook wel!
Die ochtend ontregelde zoals vaker drie bussen en enkele trucks met trailers het verkeer op de Veldhovenring terwijl de chauffeurs staaltjes van stuurmanskunst lieten zien om de hele handel op de kleine parkeerplaats te krijgen. Vervolgens snel de stroom op de bussen en waaierde iedereen die al wakker was en meestal de baas speelde de bussen uit om naar douches te informeren, waar de coffeeshop is of om ons te instrueren de eigen keuken in een van de kleedkamers te installeren voor een vette breakfast.
Die ochtend was het niet anders behalve dat de tourmanager van de headliner , het Amerikaanse Agent Steel uitermate veel noten op zijn zang had. Ik kreeg onmiddellijk te horen dat de number two band de New Yorkse trashers Nuclear Assault de backstage-area niet mocht betreden, geen soundcheck mocht doen en al helemaal geen aanspraak mocht maken op enige toegift, merchandise plek en na afloop van de gig zich onmiddellijk diende te verwijderen uit de zaal.
Hallo, ik wist dat die lucratieve packages vooral het idee waren van managerstypes en niet van bands onderling en niet zelden was er hommeles omdat de een het beter deed dan de ander, maar hier was toch echt wel iets aan de hand.
Tijdens zijn tirade echter stommelde de New Yorkers onbekommerd als een groepje Gallische krijgers langs ons de trap af naar de kleedkamers en grijnsden ze mij vriendelijk toe. "Top of the morning sir !" De bossy Amerikaan verdween spoorslags de zaal uit en liet zich niet meer zien.
Snel werd duidelijk wat de aanleiding was. Onze humpers (term voor onze eigen in- en uitlaadmannen en vrouwen en eigenlijk manusjes van alles en altijd betrouwbare back-uppers) wezen mij lachend op het crea-bea handwerk wat de boys van Nuclear Assault tijdens de saaie reisuren hadden gemaakt en voor de ramen hing van hun tourbus.
Ze hadden in het pre-photoshoptijdperk uiterst geraffineerd de koppen van de bandleden van Agent Steel vervangen door nauwkeurige foto's van de eigen akelig witte billen. Het moet de halve tour gekost hebben om de foto's te maken, ze te laten ontwikkelen op de juiste grote en deze in te passen in het band affiche van hun meer bekende neven.
Het rochelende gelach moet in de bus niet van de lucht zijn geweest. Nu begreep ik meteen waarom de stille buschauffeur "good luck today" zei die ochtend.
Ik besloot tot de beste oplossing, de boel maar eens even aanzien.
Gedurende de dag wordt de apparatuur opgebouwd en soundchecks gedaan, waarbij de headliner als vanzelf alle tijd krijgt en de rest wat schamel respijt.
Deze eigen aangemeten status van Agent Steel die vooral door de entourage van de band werd uitgedragen was duidelijk een van de redenen voor de gespannen situatie. Toen op het moment van hun soundcheck ik werd verordonneerd om de rondlopende Nuclear Assaulters de deur te wijzen was de tijd er om in te grijpen.
Ik dacht ik zet die gasten in een rondom tien-kring en hield het gewraakte affiche als een moodbord voor. Nou de sessie kwam meteen tot leven. Samengevat was de oerschreeuw: "They fuck our minds !"
Als een volleerd randgroepwerker wees ik hen op hun eigen kwaliteiten die ze moesten inzetten in plaats van die laffe tegenmaatregelen. Play as hell, zet de ultieme show neer, verover hearts and minds en je krijgt het respect wat je wil was de boodschap.
Die avond deed Nuclear Assault hun naam meer dan eer aan, het is geweldig om live metal muziek mee te maken. Vanaf de zijkant van het podium zie je alle stereotype poses glimlachend aan waarbij de groffe sound en de zoveel bpm op de double bassdrum voor een ongekende energie zorgt. Het trouwe publiek enthousiast de bekende vingers de lucht in steekt en in de pit voor het podium tekeer gaat. De gemankeerde headliners haalden vervolgens als een volleerd American footbalteam de touchdown line in no time. De super bowl was die avond voor hen terwijl onze creatieve trashers vanuit de coulissen goedkeurend het hoofd lieten bengen. De luide show denderde collectief door de zaal en verder. Het gebouw liet na de laatste klanken een lichte zucht van verlichting zo leek het.
Vervolgens nadat het publiek een zaal vol platgetrapt plastic, plassen bier en een ongekende zweetlucht achterliet werd er afgebroken, ingepakt en ingeladen. Enkele uren later draaide het circus de straat weer op maar niet voordat een van de bandleden van Agent Steel ter afscheid vroeg of ik vanaf nu niet hun tourmanager wilde worden. Lachend schudden wij de hand. Ik sloot het hek en de deuren en liep triomfantelijk met een stevige stapel bandshirts naar boven waar onze humpers onder het genot van een biertje de dag doornamen en ik dacht, nee no way.
Geplaatst: 9 februari 2011 door Frank van Iersel
Ook bijdragen aan het archief? Neem contact op met de redactie!